De rechtspraak is in het nieuws. Zo constateert de Commissie Visitatie Gerechten een aantal problemen, zoals een falende digitalisering en zijn er nieuwe initiatieven zoals The Netherlands Commercial Court en de buurtrechter. Het lijkt dat misverstanden over het rechterlijk werk ontstaan en in stand worden gehouden doordat men onvoldoende weet wat binnen een rechtbank eigenlijk allemaal gebeurt. Wij willen u graag informeren over wat binnen het team Toezicht bij de rechtbank Midden-Nederland gebeurt.

Bij een aantal Nederlandse rechtbanken bestaat een team Toezicht, onder andere bij de rechtbank Midden-Nederland (MNL). In een team Toezicht zijn de werkzaamheden gebundeld die samenhangen met het houden van toezicht op een (rechts)persoon die, kort gezegd, beschikt over het geld van een ander op grond van een uitspraak van een rechter.

Wij willen u graag een kijkje in de keuken geven van het team Toezicht bij deze rechtbank.
In deze eerste aflevering laten wij u zien hoe ons team is georganiseerd en welke werkzaamheden binnen ons team worden verricht.

De vakgebieden
Binnen het team Toezicht van de rechtbank Midden-Nederland behandelen wij zaken in de volgende vakgebieden:
–           Curatele, bewind en mentorschap (CBM)
–           Faillissementen
–           Surseances
–           Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP)
–           Erfrecht (gedeeltelijk)
–           Minderjarigenbewind
Typerend voor bijna al deze zaken is dat ze na aanvang van de behandeling langere tijd worden opgevolgd en dat er gedurende het traject meer dan eens een beslissing moet worden genomen. Voor een aantal erfrecht zaken en voor het grootste deel van het minderjarigenbewind geldt dit niet; daar gaat het meestal wel om eenmalige beslissingen. Maar ook bij deze zaken kan het voorkomen dat er vaker een beslissing moet worden genomen. Door het aanmaken van een speciaal dossiernummer kunnen we die zaken wel weer terugvinden en de lijn bewaken.

Bij CBM, faillissementen en de WSNP begint een zaak altijd met een verzoekschrift waarbij betrokkene zelf of een derde vraagt om een ‘maatregel’ (zoals het faillissement of het beschermingsbewind) op te leggen, waarna de rechtbank toezicht gaat houden op het uitvoeren van deze maatregel. Voor de leesbaarheid wordt in het vervolg van dit artikel de term maatregel gebruikt voor zowel faillissementen en WSNP als voor CBM. Bij CBM, erfrecht en het minderjarigenbewind is de bevoegde rechter de kantonrechter en bij faillissementen en de WSNP zijn dat de rechtbank en de rechter-commissaris (RC). Erfrecht kent ook in sommige zaken een RC. En ook in erfrechtzaken wordt soms opgetreden als rechtbank, zoals bij benoeming van een vereffenaar en benoeming van een RC.
De RC bij Toezicht moet niet verward worden met de rechter-commissaris bij strafrecht, wat een andere rol is.

Curatele, bewind en mentorschap
Op het terrein van deze beschermingsmaatregelen worden alle werkzaamheden binnen ons team verricht. De maatregel wordt ingesteld, er wordt toezicht gehouden op de uitvoerder (de curator, de bewindvoerder en/of de mentor), en klachten, wijzigings-, machtigings- en opheffingsverzoeken worden behandeld.

Faillissementen en surseances
Met betrekking tot faillissementen en surseances worden bijna alle werkzaamheden binnen team Toezicht behandeld. De eigen aangiftes en de verzoekschriften tot faillietverklaring en de verzoeken om surseance van betaling uit te spreken, het toezicht door de RC, toestemmingsverzoeken, verzoeken tot omzetting van een surseance in een faillissement, verificatievergaderingen, verhoren en bevelen tot in bewaring stelling, vallen binnen ons team. Hoger beroep tegen beslissingen van de RC (voor zover daar hoger beroep tegen open staat) worden behandeld bij het team Civiel van onze rechtbank. Wij vinden het niet wenselijk dat binnen ons eigen, relatief kleine, team collega’s in hoger beroep moeten beslissen over een eerder besluit van een naaste collega.

Voor wat betreft de WSNP worden alle werkzaamheden binnen het team Toezicht uitgevoerd. Het gaat daarbij onder andere om verzoeken tot toelating, dwangakkoorden, moratoria, het vaststellen van het vrij te laten bedrag, verzoeken tot ontheffing van de sollicitatieplicht of van andere verplichtingen, tussentijdse beëindigingen, verlengingen, het bepalen of de schuldenaar de schone lei krijgt, het ontnemen van de schone lei, en het controleren van de (financiële) verslagen van de bewindvoerder.

Erfrecht
Binnen het team Toezicht behandelen wij alle verzoekschriften erfrecht, sommige als kantonrechter en sommige als rechtbank. Als kantonrechter zijn dat beslissingen over de ontheffing van de verplichting te vereffenen, de opheffing van de vereffening, de ontheffing van de verplichting de boedelbeschrijving ter inzage te leggen, de toestemming voor het mogen verwerpen van een nalatenschap waarin een minderjarige erfgenaam is, benoeming van een vereffenaar, ontslag van een vereffenaar of van een executeur. Het kan zijn dat een nalatenschap beneficiair is aanvaard. In dat geval moet de nalatenschap vereffend worden (dat betekent dat vermogensbestanddelen van die nalatenschap tegelde gemaakt moeten worden om de schulden van de nalatenschap te voldoen). Bij ingewikkelde vereffeningen kan de rechtbank een RC benoemen. Na afloop van de vereffening moet de nalatenschap verdeeld worden onder de erfgenamen. Als daar geschillen in bestaan worden die geschillen in een ander team behandeld.

Minderjarigenbewind
Onder bepaalde omstandigheden hebben ouders die rechtshandelingen willen verrichten voor hun minderjarige kinderen daarvoor toestemming nodig van de kantonrechter. Denk daarbij aan het voeren van een procedure of het aanvaarden van een schenking onder voorwaarden. Soms wordt ook in een testament bepaald dat bewind wordt ingesteld over een erfenis, waarbij toezicht moet worden gehouden door de kantonrechter.

De medewerkers
Bij team Toezicht werken administratief medewerkers (26), juridisch administratief medewerkers en financieel administratief medewerkers (27), juridisch medewerkers (18) en rechters (9). In totaal bestaat het team uit 82,18 fte’s, verdeeld over ongeveer 87 mensen en verdeeld over twee locaties, waarover hierna meer. Er zijn twee teamvoorzitters; een teamvoorzitter voor het juridisch team (de juridisch medewerkers en de rechters) en een teamvoorzitter voor het administratieve team. De teamvoorzitters werken voor beide locaties. Daarnaast zijn er drie operationeel leidinggevenden administratie en twee management assistentes. Ook wordt het team nog bijgestaan door een rechter-plaatsvervanger en een vijftal buitengriffiers.

Bij team Toezicht Midden-Nederland wordt toezicht gehouden op ongeveer 40.000 zaken. Uiteraard kunnen de rechters dit toezicht niet helemaal zelf uitoefenen, maar worden zij geholpen door alle andere medewerkers. Een groot deel van de werkzaamheden worden door hen in mandaat uitgevoerd. Dit betekent dat de rechter verantwoordelijk is en blijft, maar dat feitelijk het werk gedaan wordt door een collega die geen rechter is. Uiteraard kan en moet een gemandateerde medewerkers zaken die vragen oproepen of waarin iets niet juist is, voorleggen aan de rechter.

De locaties
Team Toezicht Midden-Nederland is verspreid over twee kantoorlocaties, Lelystad en Utrecht. Daarnaast zijn er zittingslocaties in Almere en Amersfoort. De meeste zittingen bij team Toezicht bestrijken een dagdeel, waarop dan tussen de vier en de achttien zaken worden behandeld. Op iedere zittingslocatie zijn ook een paar werkplekken, zodat de rechter en de griffier eventueel het andere dagdeel ter plekke kunnen werken. Ze kunnen dan bijvoorbeeld de zitting voorbereiden of na de zitting de beschikkingen of vonnissen schrijven. Dit is vaak efficiënt omdat er dan minder onder werktijd gereisd hoeft te worden. Veruit de meeste medewerkers werken of in Lelystad of in Utrecht. Een klein aantal medewerkers uit de ondersteuning en drie rechters werken afwisselend in Lelystad en in Utrecht. Ook de teamvoorzitters werken op beide locaties.

Overlegstructuur (intern en extern)
Intern binnen team Toezicht
Rechters zijn onafhankelijk en zij oordelen zelfstandig zonder ruggenspraak. Dat zou kunnen betekenen dat ze niet veel overleg hoeven te voeren. De burger heeft echter ook belang bij rechtszekerheid. Wij vinden dat bij Toezicht nog extra van belang. Het zou niet zo mogen zijn dat bijvoorbeeld iemand die ‘in de WSNP zit’ in Lelystad niet hoeft te solliciteren enkel op grond van het feit dat hij van de gemeente in het kader van de participatiewet vrijgesteld is van de sollicitatieplicht, terwijl iemand die in Utrecht woont in die situatie wel moet solliciteren. Om die rechtszekerheid te waarborgen is op alle rechtsgebieden regelmatig overleg nodig. Bovendien wordt een deel van de werkzaamheden van de rechters gemandateerd. De betrokken medewerkers moeten dan natuurlijk wel weten hoe de rechters willen dat toezicht wordt gehouden. Ook daarvoor is regelmatig overleg nodig. Voor die overleggen wordt slechts een enkele keer gereisd naar Lelystad of Utrecht. Meestal wordt het overleg gevoerd via een videoverbinding. Uiteraard zijn medewerkers alleen aanwezig bij overleggen die voor hen relevant zijn, waarbij groepen van medewerkers ook een afvaardiging kunnen sturen. Er zijn periodieke vakinhoudelijke overleggen per vakgebied, dat wil zeggen een vakinhoudelijk overleg insolventie (faillissementen en WSNP) en een vakinhoudelijk overleg CBM en erfrecht. Daarnaast overleggen de rechters periodiek onderling.

Intern binnen de rechtspraak
Binnen de rechtspraak bestaan ook landelijke overlegstructuren. Zo zijn er het LOVCK&T (Landelijk overleg voorzitters civiel kanton en toezicht), waaronder de expertgroepen ‘hangen’. Voor ons team zijn van belang de Recofa (rechter commissarissen faillissementen), de Expertgroep CBM en de expertgroep erfrecht. Ook voor de andere vakgebieden binnen de rechtspraak bestaan LOV’s en expertgroepen. Zo nodig vindt ook overleg plaats tussen de verschillende expertgroepen. De expertgroep CBM is veruit de meest actieve expertgroep, op de voet gevolgd door de Recofa. In de expertgroepen is van iedere rechtbank één rechter vertegenwoordigd. In de expertgroep Erfrecht zitten ook juridisch medewerkers. De expertgroepen maken (beleids)afspraken, die vervolgens door het LOVCK&T (onder bepaalde voorwaarden) worden goedgekeurd. Zo worden bijvoorbeeld de aanbevelingen meerderjarigenbewind door de expertgroep CBM opgesteld en de Recofa richtlijnen schuldsaneringsregelingen door Recofa. Uitgangspunt is dat rechters en de medewerkers zich in beginsel aan de binnen de expertgroepen gemaakte afspraken houden en dat ze, als ze daarvan afwijken, dit gemotiveerd doen, alles met inachtneming van de rechterlijke autonomie.
De digitalisering komt hierna meer uitgebreid aan de orde, maar hier moet vermeld worden dat ook in het kader van de digitalisering sprake is van landelijk overleg. Een keer per maand is overleg in de landelijke KEI -IT werkgroep bewind en ook met betrekking tot de digitalisering van faillissementen en inmiddels ook de WSNP, vindt periodiek landelijk overleg plaats.

Extern
Periodiek wordt overleg gevoerd met gemeenten, bijvoorbeeld over de aanpak van schulden. Dit overleg leidt soms tot innovatieve projecten, zoals een andere wijze van het aanbrengen van moratoria, waardoor de wederzijdse administratieve belasting wordt verminderd.

De rechters in MNL zijn niet alleen binnen de arrondissementsgrenzen actief, ook buiten deze grenzen wordt aan de weg getimmerd. Zo is een aantal rechters en juridisch medewerkers uit het team actief in het geven van cursussen aan collega’s en andere beroepsgroepen uit het brede werkveld die op enigerlei wijze te maken hebben met CBM, erfrecht of insolventie in binnen en buitenland. Op uitnodiging (waarbij de kosten grotendeels niet door de rechtbank worden gedragen) worden bijdragen geleverd aan wereldwijde congressen, wordt actief meegedaan in het internationale insolventie netwerk en worden bijdragen geleverd aan het landelijke project voor de schuldenrechter en andere pilots.

Ook publiceren onze rechters in tijdschriften en bijvoorbeeld als reactie op internet consultaties ten behoeve van concept wetgeving.

Het team Toezicht organiseert een á tweemaal per jaar bijeenkomsten voor faillissementscuratoren en voor bewindvoerders WSNP en uitvoerders CBM. Er worden voorlichtingsbijeenkomsten gehouden voor niet professionele beschermingsbewindvoerders en aan groepen derden die vanuit hun beroep te maken hebben met CBM en WSNP, zoals bijvoorbeeld buurtteams.
Ook zijn er incidentele overleggen met bijvoorbeeld het ministerie en vertegenwoordigers van de zorgkantoren over zaken zoals het persoonsgebonden budget en met de banken over problemen waar WSNP- en beschermingsbewindvoerders tegenaan lopen.

Er is twee á drie keer per jaar een zogeheten faillissements-fraude-spreekuur met vertegenwoordigers van het openbaar ministerie, het UWV, de belastingdienst, de FIOD en de politie waarvoor curatoren en rechters zaken kunnen aanbrengen waarin zij vermoeden dat sprake is van (faillissements)fraude. Dit overleg dient ertoe om informatie uit te wisselen en eventueel tot een gezamenlijke aanpak te komen.

Team Toezicht MNL is actief vertegenwoordigd in de expertgroep CBM, die bijna iedere maand vergadert. Een afvaardiging van de expertgroep vergadert daarnaast twee keer per jaar met de brancheverenigingen en met het Landelijk Kwalitieitsbureau CBM en eenmaal per jaar en met de NBA (Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants) om afspraken te maken over de wijze waarop de jaarlijkse audits van de professionele bewindvoerders, curatoren en mentoren gehouden moeten worden.

Digitalisering (KEI)
Dat het project KEI (kwaliteit en innovatie) in de rechtspraak is mislukt is in de media breed uitgemeten. Wat minder onder de aandacht is gekomen, is dat een deel van KEI wel is gelukt. Het project KEI is binnen Toezicht niet stopgezet en er wordt nog steeds, zij het in langzamer tempo, door-ontwikkeld. Bij faillissementen werken we binnen Toezicht geheel digitaal. Een gering aantal oudere faillissementen is niet in KEI opgenomen, maar deze sterven uit. Naast alle faillissementen zijn ongeveer 11.000 bewindszaken in KEI opgenomen. Dit betekent dat in deze zaken de communicatie met de bewindvoerder digitaal wordt gevoerd, rekeningen en verantwoordingen worden digitaal ingediend net zoals machtigingsverzoeken. Bij CBM kan een groot aantal professionele bewindvoerders digitaal aansluiten bij de rechtbank. Of een professionele bewindvoerder kan aansluiten is afhankelijk van het softwarepakket dat hij gebruikt. Dossiers waarbij niet professionele bewindvoerders zijn benoemd kunnen nog niet digitaal aansluiten. Ook mentoren en curatoren kunnen dat nog niet. Oproepen voor zittingen kunnen niet digitaal worden afgehandeld omdat naast de bewindvoerder ook anderen moeten worden opgeroepen. Ook een aantal beschikkingen kan niet digitaal worden verzonden omdat deze (tevens) bedoeld zijn voor derden en voorzien moeten zijn van een zogeheten natte handtekening.

Dossier overschrijdend toezicht op de uitvoerders
Zowel bij faillissementen, als bij de WSNP als bij CBM zijn er derden die beschikken over vermogensbestanddelen die niet van hen zijn. Bij curatele en mentorschap hebben derden (ook) zeggenschap over niet vermogensrechtelijke belangen van burgers.
Naast het toezicht per individuele zaak, wordt ook meer algemeen toezicht gehouden op de uitvoerder. Dit gebeurt zowel bij de faillissementscuratoren als bij de WSNP bewindvoerders en de CBM uitvoerders.
Dit dossier-overschrijdend toezicht wordt als volgt vormgegeven. Periodiek wordt een zogeheten accountgesprek gevoerd met iedere uitvoerder. Als voorbereiding van dit gesprek wordt een aantal dossiers gelicht en bestudeerd. Daarnaast worden positieve en minder positieve en soms zelfs negatieve ervaringen met een uitvoerder in ons systeem bewaard.

Tijdens het accountgesprek, dat wordt gehouden door een rechter en een juridisch medewerker, wordt met de uitvoerder besproken hoe de rechtbank de afgelopen periode heeft ervaren, wat de verwachtingen voor de toekomst zijn, maar ook wat de ervaringen van de uitvoerder zijn met het team Toezicht.

Daarnaast worden ook bedrijfsbezoeken afgelegd. Bij de faillissementscuratoren gebeurt dit al enige tijd, bij de CBM uitvoerders wordt hiermee binnenkort gestart. Tijdens dit bezoek wordt het kantoordossier van een aantal van tevoren geselecteerde zaken bekeken, waarbij wordt gekeken naar de opbouw en volledigheid van die dossiers.

Voor wat de CBM uitvoerders betreft en voor de WSNP bewindvoerders is sprake van landelijk toezicht door het LKB (landelijk kwaliteitsbureau bewindvoerders) en door het bureau WSNP van de Raad voor de Rechtsbijstand. Het is niet zo dat team Toezicht MNL dit toezicht nog eens dunnetjes wil overdoen. Bij de bedrijfsbezoeken van de CBM uitvoerders wordt weliswaar gedeeltelijk naar hetzelfde gekeken als waarnaar de accountant kijkt in het kader van de controle voor het LKB, maar er wordt met een geheel andere bril naar gekeken. Daar waar de accountant let op de formele vereisten, zonder inhoudelijke kennis van zaken, kijkt de kantonrechter met kennis van zaken naar de inhoud.

Helaas komt het nog steeds voor dat, geheel los van de hiervoor beschreven periodiek evaluaties, het team vaststelt dat er sprake is van onvoldoende functioneren van een uitvoerder. Deze vaststelling kan leiden tot verschillende maatregelen. De uitvoerder kan bijvoorbeeld onmiddellijk worden geschorst, waarna nader onderzoek wordt gedaan, terwijl bovendien de uitvoerder dan binnen 14 dagen wordt gehoord, maar het kan ook zijn dat er een verbetertraject met een uitvoerder wordt afgesproken. Verder kan een uitvoerder worden ontslagen in al zijn zaken of kan hij te horen krijgen dat hij geen benoemingen meer krijgt of een tijdelijke opname stop. In beginsel worden de maatregelen die getroffen worden in het arrondissement waar de uitvoerder gevestigd is door alle andere arrondissementen gevolgd. Het is begrijpelijk dat dit soort maatregelen op iedereen, de betreffende uitvoerder, zijn cliënten, maar ook voor het team Toezicht en opvolgende uitvoerders een grote impact heeft. Uiteraard gaan wij hierbij dan ook uiterst zorgvuldig te werk.

door: mr. Jenny Hofman en mr. Ellen Penders
Mr. Jenny Hofman is senior rechter bij team Toezicht van de rechtbank Midden-Nederland en voorzitter van de expertgroep curatele, bewind en mentorschap (CBM ). De expertgroep CBM staat in nauw contact met het Landelijk Kwaliteits Bureau (LKB), dat soms proactief met voorstellen komt. Het primaat van het toezicht op bewindsvoerders ligt steeds bij betrokken rechtbanken. Het LKB toetst de kwaliteitseisen.
Mr. Ellen Penders is van 2011 tot en met 2016 vakgroep-voorzitter curatele, bewind en mentorschap (CBM) geweest bij de rechtbank Oost-Brabant. Daarvoor was zij rechter-commissaris insolventie. Vanaf 2016 is zij werkzaam bij team toezicht (waar zowel insolventie- als CBM zaken worden behandeld), eerst bij de rechtbank Oost-Brabant en sinds maart 2017 bij de rechtbank Midden-Nederland. Mr Penders geeft lessen CBM aan rechters, advocaten en bewindvoerders. Zij spreekt op internationale congressen in de Verenigde Staten, Duitsland en Zuid-Korea zowel over CBM als over de WSNP.