Mei 2016 verscheen het rapport van de Ombudsman met als titel: “Burgerperspectief op schuldhulpverlening. Deze week verscheen een lijvig onderzoeksrapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid genaamd: “ Eigen schuld”. Een gedragswetenschappelijk perspectief op Problematische schulden. Vol goede moed begon ik te lezen aan het zoveelste rapport/onderzoek over schuldenproblematiek en armoede. Al snel kwam ik tot de conclusie dat het een grondige analyse betreft van de psychologie achter schuldenproblematiek. Schitterend werk, maar “What’s new?” We wisten het al, maar nu is het eindelijk allemaal onderzocht en dus is het nu echt waar. Signaleren van problemen is één ding, maar oplossingen aandragen zou een volgende stap moeten zijn.

Hoe komt het nu dat er zoveel onderzoek wordt gedaan naar iets wat we al lang weten. Schulden belemmeren mensen in hun vooruitgang. Maakt mensen ongezond, minder intelligent, enz. Hoeveel onderzoekers moeten zich nog stukbijten op deze materie. Hoeveel onderzoeken moeten er nog gedaan worden en hoeveel rapporten moeten er nog verschijnen? Hoeveel wetten en regels moeten er nog gemaakt worden en hoeveel instanties moeten zich er nog mee bemoeien voordat we echt iets gaan doen aan dit doolhof van regels en instanties? Of houden we het misschien stiekem liever met z’n allen in stand?

Schuldhulpverleningsland moet op de helling

Nu kan ik hier een heel lang en onderbouwd verhaal houden over welke regels en instanties er allemaal betrokken zijn bij armoede en schulden, maar ik ga er van uit dat iedereen begrijpt dat we nog meer regels kunnen bedenken, nog meer instanties een rol kunnen geven en nog meer verwarring kunnen creëren. Een schuldenvrije samenleving is een illusie. Een illusie waar veel schuldenaren, maar ook veel politici van dromen.

Welke weg moeten we dan wel bewandelen? 

Er is een combinatie nodig van twee dingen. Allereerst moet er één duidelijke regeling komen, met één duidelijke bevoegde regisseur. Daarnaast zal er acceptatie moeten komen. Acceptatie dat niet iedereen met schulden geholpen kan/wil worden.

Toen ik mijn loopbaan begon als vrijwilliger bij een dak- en thuislozen organisatie, dacht ik dat iedere dakloze een dak boven zijn hoofd wil en bereid is daar alles voor te doen. Op papier is dit vaak ook zo, maar niet iedereen is in staat om dit te organiseren, zelfs niet met alle hulp van goedbedoelende hulpverleners en andere “ redders” zoals ik destijds.

Niet iedereen is te redden en zal kunnen voldoen aan de eisen die deze maatschappij aan hen stelt. Er ontstaat binnen de samenleving een steeds groter worden groep van mensen die het niet meer zelf redden, maar net niet genoeg overlast veroorzaken dat we ze kunnen opsluiten.

Repareren of nieuw

Inmiddels zijn er rond de dertig inkomensafhankelijke regelingen, uitgevoerd door een te groot aantal verschillende instanties, die allemaal hun eigen regels hebben en termijnen. Schuldhulpverleners, budgetbeheerders, bewindvoerders, rechters,  maar ook schuldeisers, deurwaarders, politici en vooral burgers hebben geen idee meer hoe het precies zit en kijken helaas vaak  alleen vanuit hun eigen invalshoek.

Tijdens het Armoededebat in de 2e kamer afgelopen april kwamen de volgende plannen al weer voorbij vliegen. Een breed-moratorium, vereenvoudiging van de beslagvrije voet, een eenduidige Rijksincassovisie en ga zo maar door. Niemand kan tegen vereenvoudiging zijn, maar we hadden net in de gaten hoe het oude systeem werkt. Ik zal alvast verklappen dat het ook nu geen oplossing zal brengen, maar slechts meer onduidelijkheid.

Conclusie: We focussen teveel op het wegnemen van de oorzaken, maar te weinig op de oplossingen. Terwijl de oorzaken zo complex en divers zijn dat hierdoor nog meer regels nodig zijn. Maar het gedrag van mensen is slechts in beperkte mate te beïnvloeden.

Eén wettelijke regeling

Dertig inkomensafhankelijke regelingen aanpassen of schrappen zal nooit lukken. Laten we daarom beginnen met inventariseren wat de belangrijkste partijen zijn die betrokken zijn bij het oplossen van schuldenproblematiek van burgers.

Dat zijn grofweg 3 partijen:

  1. De gemeenten(in het kader van de Wet Gemeentelijke Schuldhulpverlening (WGS))
  2. De minnelijke schuldenregelaars (in het kader van artikel 48 van de Wet op het Consumentenkrediet (WCk))
  3. De WSNP bewindvoerders (op grond van de Faillissementswet (Fw))

Tot de 2e groep behoort sinds 2014 de grote groep beschermingsbewindvoerders (Boek 1 Burgerlijk wetboek) die nu ook op grond van verkwisting en Problematische schulden tot bewindvoerder kunnen worden benoemd. Een regeling die oorspronkelijk in het geheel niet bedoeld was voor mensen met negatief vermogen, maar juist voor mensen met een groot positief vermogen.

Is het mogelijk om van al deze regelingen één te maken? Eén “Wet Schuldoplossing”?

Natuurlijk is dat mogelijk. Sterker nog. Ik ben er van overtuigd dat dit de enige oplossing is. Daarvoor is het wel nodig dat alle betrokken partijen over hun eigen schaduw heen durven springen. Dat politici zich echt verdiepen in de materie en minder laten leiden door input van belangenorganisaties die (geheel begrijpelijk) vanuit hun eigen invalshoek dit breed maatschappelijke probleem benaderen.

Eén regisseur, laagdrempelige toegang

Wie moet dan de regisseur worden van die regeling? Meest voor de hand liggend zou zijn om dit bij de gemeente neer te leggen. Maar geef de gemeente dan ook de gereedschappen om in te grijpen waar noodzakelijk en maak het ze gemakkelijk. Maak het ook de burger gemakkelijk om zich te melden. Wat maakt het uit of de melding via een bewindvoerder, via een WIJ(k)-team of via een zorgverlener binnen komt.

Pas als er bezwaren zijn zou de rechter er bij betrokken moeten worden. Moet dit dan de bestuursrechter(bezwaar en beroep), of de insolventierechter zijn? Allemaal vragen waarop we het antwoord moeten zoeken. Maar laten we wel open staan voor verandering en duidelijkheid. Natuurlijk zullen WSNP bewindvoerders, de beschermingsbewindvoerders en waarschijnlijk ook gemeenten hier anders tegenaan kijken. Natuurlijk zijn er gemeenten die het wel/niet goed doen (net als er slechte en goede bewindvoerders, deurwaarders enz. zijn). Natuurlijk moet hier goed over nagedacht worden.

“Bestemming bereikt” of “Probeer om te keren”

Laten we als branche en als politiek bij elkaar gaan zitten en alle obstakels in kaart brengen. Met als insteek om te bekijken hoe we deze systematisch, één voor één kunnen tackelen.

 

De weg is hobbelig en het doel ligt nog ergens in de mist verscholen. Maar mist verdwijnt het snelste door een frisse wind te laten waaien. Het mag duidelijk zijn dat de huidige ingeslagen koers de samenleving (en een groot deel van de huidige groep schuldenaren in de samenleving die aan de kant van de weg staat) niet gaat brengen waar we al deze regels eigenlijk voor gemaakt hebben. Een financieel gezond leven. Een schuldenvrije toekomst. Minder kinderen die in armoede opgroeien. Enzovoort.

De invoering van de WSNP, het aanpassen van de Wet Curatele, bewind en Mentorschap, de Wet incassokosten, enz. hebben geen van allen geleid tot een echte structurele, werkende oplossing. Sterker nog. Uit de cijfers blijkt dat het aantal mensen in de schuldhulpverlening niet afneemt en de gemiddelde schuldenlast op loopt.

Tijd dus voor de WSO, de Wet Schuldoplossing.

Het zal moeilijk worden, maar laten we het vooral niet moeilijker maken dan het is. Waar een wil is, is een weg. We hebben alleen wel een navigatiesysteem nodig, met een grote  “help mij knop” en een grote pot met honing om de beren van de weg te lokken. Ik ben er van overtuigd dat het resultaat zoet zal zijn.

Taco Schaafsma (1970) is beschermingsbewindvoerder sinds 1995.

  • Directeur van Beschermingsbewind.nl
  • Kerndocent bij Praktikos/IFZ
  • Hoofd van de afdeling Beschermingsbewind van de Groningse Kredietbank

Kijk voor meer publicaties en opiniestukken op www.beschermingsbewind.nl